Op 18-jarige leeftijd arriveert Meret Oppenheim in Parijs, waar ze aansluiting vindt bij de groep surrealisten rond André Breton. Slechts een paar jaar later wordt ze wereldberoemd om haar met bont beklede kop en schotel (Object, 1936) en de foto’s die Man Ray en Dora Maar van haar maakt. Ze geniet van de aandacht maar lijdt ook onder de druk van de roem; gedesillusioneerd trekt ze zich eind jaren dertig terug uit de kunstwereld. Pas in 1954 treedt ze, nu blakend van zelfvertrouwen, opnieuw voor het voetlicht. Ze blijft tot haar dood werken produceren die de grenzen verkennen van het zichtbare en het onzichtbare, van realiteit en fantasie. Meret Oppenheim: für dich – wider dich toont zowel haar vroege surrealistische werk als haar latere schetsen, objecten, sieraden, gedichten en kostuums.