De Noorse Eva Kittelsen studeerde Fashion & Textile Design aan de Britse universiteit van Portsmouth. Nu werkt ze als productiemanager voor Fair & Square, een ethisch kledingbedrijf met een eigen fabriek in China. Dankzij hun autonomie kunnen ze hun arbeiders goede werkomstandigheden en een eerlijk loon garanderen. Recentelijk is Eva gaan experimenteren met plantaardige verven op basis van foodwaste, om voedselverspilling tegen te gaan.
Tekst: Olu Vandenbussche
Eva Kittelsen is altijd al een voorvechter van duurzame mode geweest. Haar afstudeercollectie “Closer to the ground” uit 2013 is geïnspireerd door kleine details in de natuur die vaak over het hoofd worden gezien, en door wabi-sabi. Deze Japanse filosofie viert de schoonheid van de imperfectie en is in het Westen aan een opmars bezig.
De collectie bestaat uit digitaal bedrukte stoffen – momenteel de meest ecologische manier om stoffen op commerciële schaal te bedrukken. De prints zijn gebaseerd op foto’s van onder meer bessen die tussen glasplaten werden geplet, of van rotsscheurtjes die Eva digitaal uitvergrootte.
Op Eva’s Instagram-account vind je ook talrijke voorbeelden van visible mending, het zichtbaar stoppen en versieren van gaten in kledij. Eva laat zich door de specifieke vorm van een gat uitdagen tot fantasierijke borduursels. Vaak nemen deze de gedaante van insecten aan.
Getriggerd door de vele tutorials die je online vindt over het verven van textiel met foodwaste, besloot Eva vorig jaar zelf een poging te wagen. Ze gebruikte wat ze liggen had en als moeder van twee kleine kinderen waren dat toevallig bananen. Daarvan gebruikte ze enkel de schil die ze met water tot een zwarte pasta mixte. Deze pasta verdeelde ze over drie kommen. Aan één kom voegde ze azijn toe, aan een andere zout. Aan de derde voegde ze niets toe. Eva liet de vloeistof een nachtje rusten.
Tot Eva’s verbazing resulteerden de additieven in drie verschillende kleuren. De volgende dag zeefde Eva de kleurstoffen en gebruikte het residu als plantenvoeding, behalve dat waar zout aan was toegevoegd. Op deze manier ging er niets van de vrucht verloren; het vruchtvlees zelf werd tot een lekkere smoothie gemixt.
Eva testte de verf op verschillende stoffen: katoen, bamboeviscose en een blend van bamboe met fleece. Van elke stof werd een deel warm en een deel koud geverfd. Eva kwam al snel tot de conclusie dat de kleurstof niet geconcentreerd genoeg was. De resultaten waren eerder flets, zeker bij de koud geverfde stoffen. Het toevoegen van azijn of zout hielp wel om de kleurechtheid te verbeteren. Hoewel de resultaten van dit eerste experiment niet geweldig waren, is Eva zeker niet ontmoedigd. Ze wil nu graag verdere proeven doen met plantaardige verven op basis van foodwaste en hoopt het proces in de toekomst binnen haar bedrijf Fair & Square te integreren.
> Volg Eva Kittelsen op Instagram